Carl van der Plas overleden
Experiment en het Paradijs
Vanaf de jaren ‘60 werkte hij hard aan de opwindende toneelvernieuwingen van die tijd. Zo werd hij een van de oprichters van het experimentele HOT-theater in de oude Oosterkerk, waar baanbrekende voorstellingen werden neergezet door het Haagse gezelschap. Hij bouwde ook mee wat inmiddels bekend is als het Paradijs, in de nok van de Koninklijke Schouwburg, waar veel (nieuw) repertoire plaats kon vinden.
Bloei
Het evenwicht dat hierdoor ontstond, tussen de schouwburg en het HOT-theater, tussen traditie en vernieuwing, luidde een nieuwe bloeiperiode in voor theater in Den Haag. Carl sprak dan ook niet van revolutie, maar van evolutie.
Hij begeleidde de Haagse Comedie tijdens haar hoogtijdagen, waar acteurs zoals Paul Steenbergen, Guido de Moor, en een jonge Gijs Scholten van Aschat schitterden. Ook zijn vrouw, Anne-Marie Heyligers maakte deel uit van dit gezelschap. Hij koesterde de lange band tussen de stad en de Haagse Comedie, hij wist het bezoek te binden: “We zijn trouw aan elkaar.”
Terugkeer als acteur
Na zijn directeurschap ging hij lesgeven en vervulde hij verschillende bestuurs- en adviesfuncties, waaronder bij de Raad voor de Kunst en het Pensioenfonds voor het Nederlandse Toneel. Tussen 1988 en 1992 keerde hij terug naar het toneel, als acteur in het ensemble van het Nationale Toneel. In de jaren '90 nam hij nog enkele regies voor de Hoofdstad Operette op zich.
De man die jarenlang zijn stempel drukte op het toneel in Den Haag is 92 jaar geworden.
We wensen Anne-Marie en zijn dierbaren alle sterkte.
Foto bovenin: Portret Carl van der Plas,1977, door Pan Sok. Bron: TheaterEncyclopedie