Vaste elementen in de verschillende delen

Hoe zorg je dat vier romans samen voelen als één cyclus? Natuurlijk door personages en gebeurtenissen terug te laten keren in de verschillende delen. Maar Ali Smith heeft ook andere manieren ingezet om uit vier romans een eenheid te smeden.

Terug

4 x 3 = 12 maanden

Elk van de romans bestaat uit drie delen. Voor het eind van ieder deel schreef Ali Smith een natuurbeschrijving van een maand: 4 roman x 3 delen = 12 maanden = 1 jaar. In Herfst zijn dat september, oktober en november. In Winter januari, april en juli. In Lente februari, maart en april. En in Zomer doorbreekt Smith de natuurbeschrijvingen: nu zijn het drie brieven, geschreven in mei, juni en juli.

Het valt op hoe Ali Smith het ‘systeem’ dat ze heeft bedacht meteen weer in de war schopt: een andere schrijver zou allicht systematisch van september tot en met augustus alle maanden zijn afgelopen. Maar Smith heeft een gespannen verhouding met systemen, blijkt ook uit de inhoud van de romans: systemen zijn er óók om te ondermijnen. En kunst is gebaat bij vrijheid.

Vier kunstenaressen

Kunst speelt een grote rol in de cyclus. Om dat te onderstrepen zet elke roman de spotlight op een andere vrouwelijke beeldend kunstenaar. Ali Smith gebruikt de kunstenaars en hun werk op verschillende manieren.

Kunstenaars op thematisch niveau

De keuze van de kunstenaars werkt echter ook op een thematisch niveau door. Neem Winter, waarin Smith beschrijft hoe Hepworths sculpturen vaak gaten bevatten. Dit is ook een motief in de roman. Denk bijvoorbeeld aan de piercings van Lux (“Ik vraag me af of je beseft dat je gezicht vol gaatjes zit.”, p.84) of de uitspraak van Art op pagina 172: “Er zit een soort gat in mijn leven waar het woord  vader is.” En natuurlijk de dialoog tussen Daniel en Sofia (p.258-259): 

"[Hepworth ] stopt die gaten in wat ze maakt, omdat ze wil dat mensen precies over wat je net zei nadenken, tijd, en oude dingen, maar ook omdat ze eigenlijk wil dat we willen aanraken wat ze maakt, weet je, om herinnerd te worden aan dingen die heel fysiek, zintuiglijk, rechtstreeks zijn, zegt hij

Het zou goed zijn om vol gaten te zitten, zegt ze. Dan zouden alle dingen die je niet kunt uitdrukken misschien gewoon naar buiten stromen."

Zwart wit foto van een meisje vanaf de rug gezien met een jas van dode boomblaadjes

Een kunstwerk dat in alle vier de boeken terugkomt is een foto van Edouard Boubat, 'La Petite fille aux feuilles mortes' .

Vorm van de romans

Voor Smith waren de kunstenaars ten slotte ook belangrijk voor de vorm van de romans. Je ziet dat heel duidelijk in Herfst: Pauline Boty maakte in haar werk gebruik van de collagetechniek. En de roman Herfst kreeg zélf ook de vorm van een collage: het lijkt alsof verschillende verhaaldelen uit elkaar geknipt zijn en op een nieuwe manier tot een geheel zijn geplakt. 

Literatuur: Charles Dickens 

Ali Smith is een groot liefhebber van Charles Dickens. Elk deel van de seizoenen-cyclus echoot een andere roman van Dickens. Smith maakt die verwijzing voor de lezer steeds duidelijk via de openingszin. 

Herfst
Ali Smith: “It was the worst of times, it was the worst of times.”
Charles Dickens: “It was the best of times, it was the worst of times.” (A tale of two cities)

Winter
Ali Smith: “God was dead: to begin with.”
Charles Dickens: “Marley was dead: to begin with” (A Christmas Carol)

Lente
Ali Smith: “Now what we don’t want is Facts”
Charles Dickens: “Now, what we want, is Facts” (Hard times – for these times)

Zomer
Ali Smith: “Everybody said: so?”
Charles Dickens: “Everybody said so.” (The Haunted Man and the Ghost’s Bargain: a Fancy for Christmas-Time)

Tip
Als je meer wilt weten over de invloed van Dickens op Smith en haar visie op het vertellen van verhalen, lees dan ook Artful, een boek gebaseerd op lezingen die ze hield over literatuur en kunst. De titel is typisch Ali Smith: enerzijds betekent artful ‘kunstzinnig’, passend voor een bundel over kunst. Maar anderzijds betekent artful ook ‘sluw’, en daarom is het de bijnaam van een personage uit Oliver Twist, de ‘artful Dodger’, die een belangrijk personage in dit boek is.

Dickens is net als Ali Smith een rasverteller, iemand al schrijvend de weg volgt die het verhaal wil gaan. Ze zegt daarover in een interview: “Een verhaal neemt, net als een wild paard, de vrije loop en gaat waar het zelf heen wil. En als je daar [als schrijver, red.] niet naar luistert, beknot je je verhaal.”  

Om ervoor te zorgen dat je als lezer de weg niet kwijt raakt, maakt Ali Smith net als Dickens graag gebruik van een alwetende verteller, die je expliciet weer terugleidt naar de kern van het verhaal. Twee voorbeelden: 

Herfst (p. 118): “Elisabeth, die net geen twintig jaar later in Daniels kamer in Maltings Zorginstelling nv zit, herinnert zich niets van die dag of die wandeling of de dialoog die is beschreven in dit laatste stuk. Maar hier is, geconserveerd, het verhaal dat Daniel echt vertelde.” 

Lente (p.63): “Maar dat is in de toekomst. Nu is het nog april.”

Toneel: William Shakespeare 

Ook William Shakespeare is een belangrijke schrijver voor de romancyclus. Elk deel echoot één van de vier laatste stukken van William Shakespeare. 

  • Herfst: The tempest (De storm)
  • Winter: Cymbeline (Kimbelijn)
  • Lente: Pericles
  • Zomer: A Winter’s Tale (Een wintersprookje)

Het zijn stukken die, behalve De storm, vrijwel nauwelijks meer in Nederland worden gespeeld. Ze zijn complex met plots vol verwarring, magie en persoonsverwisselingen. Bovendien vragen ze vaak om ingewikkelde spectaculaire effecten: stormen, wilde dieren, tijdssprongen, droomscènes. Je moet als makers van goeden huize komen om het publiek hierin te laten geloven!

Ali Smith gebruikt veel elementen uit deze stukken. Denk aan persoonsverwisselingen (Lux – Charlotte), het ‘magische meisje’ Florence, en de vele droomscènes. Ieder stuk wordt expliciet besproken in de romans: zo vertelt Lux in Winter over Cymbeline (p.189 en verder) en speelde Grace in Zomer als jonge actrice in Wintersprookje. Waarschijnlijk dachten veel lezers dat Ali Smith in Zomer zou kiezen voor Midzomernachtsdroom. Ze stelt die vraag zelfs expliciet aan de orde in de roman (p.289-290):

Ik dacht dat het Shakespeare-stuk voor de zomer dat stuk over feeën zou zijn. Midzomernachtdroom, zegt hij.

O, de feeën, zegt zij. Wintersprookje gaat eigenlijk helemaal over de zomer. Het is alsof het zegt: wees niet bang, er is een andere wereld mogelijk.

Die laatste zin wijst misschien wel op het belangrijkste dat Ali Smith van Shakespeares stukken overnam. Niet voor niets staan de vier stukken bekend als de ‘late romances’. Die genre-aanduiding wil zeggen dat ze – ondanks alle duisternis en verwarring – alle vier een happy end hebben, vaak in de vorm van de hereniging van familieleden die elkaar al lang niet meer hebben gezien. Precies zo eindigt de seizoenencyclus, met de hereniging van Daniel en zijn overleden zus Hannah (en met het samenkomen van de kind- en moedersteen van Barbara Hepworth).

Film: Charlie Chaplin

In elk deel van de reeks komt Charlie Chaplin (1889-1977) minstens één keer voorbij. Daniel is een groot liefhebber van zijn werk, dankzij de vooroorlogse filmavondjes met zijn zus Hannah – eigenlijk was zíj de grote liefhebber, Daniel heeft het van haar overgenomen. Ook scenariste Paddy uit Lente is verzot op Chaplin. 

De Chaplin-films die in de romans voorbijkomen zijn:

  • The Circus (Herfst, p. 198)
  • The Great Dictator (Winter, p. 23 en 250; Zomer, p. 178)
  • The Gold Rush (Herfst, 34)
  • The Immigrant (Zomer, p. 205-207)
  • The Kid (Lente, p. 128)
  • En wie kan ons helpen achterhalen welke film wordt beschreven in Lente op p. 55?

Inschrijven nieuwsbrief