Martha Christina Tiahahu

Martha Christina Tiahahu is de dochter van het dorpshoofd Paulus Tiahahu. Ze wordt op 4 januari 1800 geboren in het dorp Ababu op het eiland Nusa Laut in de Molukken. Op 14 mei 1817 zijn zij en haar vader aanwezig bij de grote bijeenkomst op Saparua. Hier werd verteld dat na vier jaar Britse overheersing de Nederlanders opnieuw de kolonisten zouden worden. Het eiland was zonder medeweten van de rechtmatige bewoners door de witten onderling geruild.

Pattimura, de nom de guerre van Thomas Matulesia, leidde de bijeenkomst. Hij vreesde een nog hardere koloniale onderdrukking dan onder de Engelsen. Martha Christina’s vader sloot zich aan bij het verzet en vroeg aan de legerleider Pattimura of zijn dochter hem als wapendraagster in de strijd mocht vergezellen. Deze zag direct dat dit 17-jarige meisje zich door niemand iets liet zeggen en ging hiermee akkoord. Haar vastberadenheid inspireerde hem.

De eerste gebeurtenis waar Martha Christina Tiahahu en haar vader bij betrokken zijn, is de verovering van het verdedigingswerk Fort Duurstede. Hierbij doden ze bijna alle Nederlandse soldaten. Één wit kind blijft in leven.

Tiahahu neemt fanatiek deel aan de gevechten. Haar kracht is niet van die van de mannen te onderscheiden. Haar passie is in sommige opzichten zelfs groter. Later dat jaar wordt haar vader tijdens een zeer ongelijkwaardige strijd voor haar ogen overmeesterd door de witten. Tiahahu springt, zonder na te denken tussen haar vader en de witten in, steen in haar hand, bereid om alle witte koppen tot moes te slaan.

Misschien lachen de witte terroristen haar uit. Hoe kan een klein meisje zo woest, zo onbevreesd tegenover hen staan. Zij en haar vader worden gevangengenomen en meegenomen om geëxecuteerd te worden. Samen met haar vader neemt ze afscheid van het leven. Haar vader wordt geëxecuteerd, maar zij wordt vrijgelaten, ze is te jong om te worden geëxecuteerd. Nadat de witten haar vader hebben vermoord vertrekt Tiahahu „met vaste schreden”. Zo staat het er. En „geen traan ontvlood haar oog”.

Martha Christina Tiahahu keert terug om te hergroeperen met de legers van Pattimura en gaat weer over tot de strijd.

De rest van het jaar vecht ze zij aan zij met de mannen. Tegen het einde van het jaar wordt ze tijdens een gevecht gevangengenomen en op een schip naar Java gezet. Ze willen haar op de koffieplantages tot slaaf maken. Maar ze verzet zich; tijdens de overtocht wordt Martha Christina Tiahahu ziek. Vervolgens weigert ze de medicijnen die de witten haar aanbieden. Sinds 14 mei 1817 is er nog geen jaar verstreken en terwijl het schip de Bandazee oversteekt, wordt haar lichaam zonder gebed in zee gegooid.

Door Romana Vrede. Dit verhaal lees je ook in het NRC.