Renée Jones-Bos is de nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht
Oud-topdiplomaat Renée Jones-Bos, is de nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht van Het Nationale Theater. Ze volgt daarmee Jozias van Aartsen op, die na zes jaar het stokje overdraagt.
Wat spreekt je aan in Het Nationale Theater?
Het Nationale Theater speelt een belangrijke rol in Den Haag, het politiek-bestuurlijk centrum van Nederland. Het is ook echt een nationaal theater met voorstellingen die in meer dan veertig steden door het hele land te zien zijn. Dat is een enorme organisatie en verantwoordelijkheid. Technici die meereizen van stad naar stad, decors die elke dag opnieuw opgebouwd en uit elkaar gehaald worden. En dat is nog maar een fractie van wat hier dagelijks gebeurt. Het is eervol hiervan deel uit te maken. En natuurlijk vind ik het fijn dat Het Nationale Theater in Den Haag zit, de stad waar ik van houd, en waar ik na jaren in het buitenland te hebben gewoond opnieuw ben neergestreken.
Je bent jarenlang topambtenaar en topdiplomaat geweest. Welke overeenkomsten zie je tussen diplomatie en theater?
Als diplomaat zoek je altijd naar een connectie in de relaties met anderen, ook al hebben die een totaal andere achtergrond, cultuur en geschiedenis. Je kijkt naar overeenkomsten en naar waar het schuurt. Je probeert ondanks de verschillen toch tot overeenstemming te komen. Het Nationale Theater zoekt die verbinding ook, met elkaar en met publiek en door samen te werken met maatschappelijke organisaties, die belangrijke momenten in Het Nationale Theater vieren en herdenken. Het showelement in de diplomatieke wereld is trouwens ook een parallel; het spektakel van ceremonies en conferenties. Hoe landen zich voor het oog van de wereld van hun beste kant laten zien. Dat is een vorm van theater.
Welke rol vervult Het Nationale Theater in de samenleving?
In het theater maak je samen met andere mensen iets mee en over deze ervaringen kun je na afloop met elkaar in gesprek, dat is bijzonder. Theater leert je iets over de tijd waarin we leven. Zeker in spannende en onzekere tijden waarin veel verandert, word je door theater geprikkeld, aan het denken gezet en op nieuwe ideeën gebracht. Theater kan politieke onderwerpen agenderen en systemen bevragen. Het Nationale Theater maakt en toont dit soort actueel theater. Dat is echt van waarde.
Renée Jones-Bos. Foto: Lowiegraphy
Wat zijn uitdagingen voor culturele instellingen als Het Nationale Theater in deze tijd?
Steeds opnieuw moeten we het belang van kunst in de samenleving blijven benadrukken. De afdeling Educatie & Interactie van Het Nationale Theater is in dat opzicht belangrijk. Deze afdeling ontwikkelt educatieactiviteiten en contextprogrammering voor kinderen, jongeren, studenten en (jong)volwassenen rondom voorstellingen. Ook geven ze theaterlessen en -educatie aan kinderen en jongeren op scholen. Voor veel kinderen is dat hun eerste kennismaking met theater. Niet alleen vinden ze theater heel erg leuk en stimuleert dit hun creativiteit. Door in de huid van iemand anders te kruipen leren zij zich ook inleven. Onlangs hebben kinderen en jongeren tijdens een tweedaags festival in de Koninklijke Schouwburg bijvoorbeeld op verschillende manieren laten zien, horen en voelen hoe zij denken over kinderrechten.
Welke lessen uit je internationale carrière neem je mee in deze functie?
Het belang van oprechte nieuwsgierigheid. Steeds opnieuw proberen achter de beweegredenen van mensen te komen. Ik neem het inzicht mee dat alle mensen, waar ook ter wereld in de basis ongeveer hetzelfde willen in hun leven.
Wat kan Het Nationale Theater van jou leren?
Voorlopig kan ik vooral veel leren van Het Nationale Theater, maar wat ik hoop te brengen is een brede kijk; de blik van buiten. Mijn ervaringen uit andere landen en de kennis die ik heb opgedaan in mijn en bestuurlijke leven in Nederland komen daarbij van pas.
Biografie Renée Jones Bos
Renée Jones-Bos (1952) is voormalig topdiplomaat en topambtenaar, met een lange carrière in de diplomatie en het openbaar bestuur. Een rode draad in haar carrière is dat ze de eerste vrouw was in veel functies die ze bekleedde. Zo was zij de eerste vrouwelijke mensenrechtenambassadeur; de eerste vrouwelijke ambassadeur van Nederland in de Verenigde Staten (2008-2012) en Rusland (2016 tot 2019) én de eerste vrouwelijke secretaris-generaal op het ministerie van Buitenlandse Zaken (2012-2016). Voor veel vrouwen, al dan niet in topposities, was en is zij dan ook een voorbeeld.