Column Peter Heerschop: Wat hebben we aan theater?

zo 28 jul

Peter Heerschop staat vanaf zondag 29 september weer in Theater aan het Spui in Den Haag met De Alles Komt Goed Zondagmiddag Show. Daarnaast schrijfthij ook een column in onze HNT Magazine. 

Laat ik het uitleggen aan de hand van cabaret. Want daar weet ik iets van. En ik vind daar iets van. Namelijk dit.

In een tijd dat het geweldig gaat met het land mag cabaret heel hard zijn.
Om de andere kant te laten zien.
Als de maatschappij verhardt en polariseert is het meer de taak om te verbinden.
Om de zachte kant van de verharding te zoeken.
Dat zie je nu ook.

Jochem Myjer is momenteel met afstand de meest gewilde cabaretier. Onbezorgd, verbindend en dan ook nog met het overwinnen van grote lichamelijke bedreiging. Levenslust. Lol, en Overwonnen Tegenslag. Jochem is Geloof, Hoop en Liefde.
Geloof dat het goed komt, Liefde in hij doet en Hoop dat je er kaarten voor kunt krijgen.
We zijn tegenwoordig namelijk bang voor elkaar maar willen dat niet.
Daarom wordt cabaret tegenwoordig ook persoonlijker dan ooit.

Henry van Loon in zijn prachtige programma, deels totaal absurd maar vooral innemend lief over wat de dood van zijn moeder met hem doet.

Theo Maassen. Kan keihard zijn. Maar kijk zijn vorige programma.
Hij knielt als een gelovige voor één ding. Humor.
Waarom? Humor verzacht.

We willen kunnen hopen op een nieuwe generatie.
Peter Pannenkoek maakt niet alleen grappen, maar laat ook zien wie hij is. Dan weten we wat we aan de volgende generatie kunnen hebben.

Tim Fransen geeft de Troost van de Filosofie.
Rundfunk de troost van de absurditeit.
Claudia de Breij laat ons zien dat er te weinig vrouwen in het cabaret zijn.

Misschien zien we de stand van het cabaret nog het meest terug in één man. In Patrick Laureij. Rotterdamse stand-upper. Ziet er gevaarlijk uit. Is-ie ook. Kickbokser van de straat. Maar vertelt over het bange jongetje dat hij ook is.

Er is veel goed cabaret. En ja, er is ook slecht cabaret.
Maar slecht is het pas als het gemakkelijk is.
Als het gedaan wordt door mensen die spelen omdat ze tevreden zijn met zichzelf, denken dat het makkelijk is, en dat ze ook interessant zijn als ze niet met een ander verbonden zijn.

Dan is theater geen belevenis. Dan is het voor een groot deel vooral werk geworden.
Maar kijk naar de liefhebbers. De mensen die elke dag hun onzekerheid moeten overwinnen en daarvan genieten.
Zij nemen alles serieus.
Vooral dat ze lol moeten hebben.
Vervang cabaret door welk beroep dan ook.
Dan zie je wat mee kunt nemen uit het theater.

Foto: De Schaapjesfabriek